|
Dit artikel verscheen
in 2002 in Bruisvat.
Elektriciteit
en Dubbelganger -
Nikola Tesla: wetenschapsmagiër
De uitvinder Nikola
Tesla (1856-1942) is zonder twijfel één van de opmerkelijkste
mensen uit de moderne tijd. In de eerste plaats is hij pionier op het
gebied van elektriciteit. Ons hele elektriciteitsnet is gebaseerd op zijn
uitvinding van het wisselstroomprincipe. Hij deed nog meer belangrijke
uitvindingen, die echter op naam van anderen zijn komen te staan. Wellicht
de reden voor zijn relatieve onbekendheid. Een andere reden is zeker dat
hij te boek stond als een excentriek figuur die dingen deed die tot op
vandaag de dag door niemand begrepen worden. Wie zich verdiept in Tesla,
verdiept zich tevens in het wezen van elektriciteit.
Introductie
Nikola
Tesla, geboren in Servië, emigreerde in 1884 naar Amerika en
was zijn leven lang uitvinder van beroep. Hij kan geschaard worden
in een reeks wetenschappers als o.a. Schauberger, Keeley, Henderson
en Reich, die bijzondere dingen voor elkaar kregen, maar vanwege
hun afwijkende benadering en theorievorming uit de officiële
wetenschappelijke annalen zijn gevallen. Dit gebeurde met name door
de relativiteitstheorie van Einstein toen die populair werd. Tesla
gebruikte frequenties die de lichtsnelheid overschreden, iets wat
na Einstein niemand meer geloofde of in zijn wereldbeeld kon passen.
Waar het huidige wetenschappelijke discours voornamelijk over golven
en deeltjes gaat, werkten deze mensen met concepten als ether, of,
wat Reich “orgoon” noemde, organische energie of levenskracht.
Wat bij Tesla
opvalt is zijn grote gevoelsmatige begrip van het fenomeen elektriciteit,
met name dat van de elektrische resonantie, waardoor hij elektriciteit
effectief kon maken door er op zeer verfijnde wijze mee om te gaan.
In Tesla’s jonge jaren, de jaren ‘70 van de 19e eeuw,
zag men elektriciteit nog als een gevaarlijke occulte kracht, waar
je eigenlijk weinig mee kon. Men kon elektriciteit alleen fysiek
denken, van A naar B. Dit heet gelijkstroom; het behoeft hele dikke
kabels doordat de stroom zich vooral in hitte omzet. Het werd algemeen
onmogelijk geacht een motor op wisselstroom te laten draaien.Tesla
echter ontwierp deze op jonge leeftijd en legde hiermee de grondslag
voor ons huidige elektriciteitsnetwerk. Ook de radio en bijna alle
essentiële onderdelen van onze huishoudapparatuur zijn van
zijn hand. |
|
Er is echter nog
veel meer - Tesla experimenteerde met afstandsbediening, neonlicht, plasmabollen
en “röntgen”straling lang voordat die officieel uitgevonden
zijn, en had van al deze dingen werkende modellen. Hij deed dingen die
ook nu nog niemand kan en ook niemand begrijpt. Sommige van zijn tijdgenoten
dachten serieus dat hij van Mars kwam. Rond 1900 was hij wereldberoemd;
zijn faam verging echter even snel als dat hij die verworven had. Dit
enerzijds doordat zijn uitvindingen zo futuristisch waren dat ze het voorstellingsvermogen
van zijn tijdgenoten te boven gingen, anderzijds doordat Tesla vertikte
belangstelling op te brengen voor de zakelijke kant van zijn werkzaamheden.
Oppervlakkig bezien lijkt Tesla zo een fantast of op zijn best een illusionist.
Hij voelde zich zelf merkwaardig genoeg ook thuis in die rol, zij het
dan dat hij wel heel serieus van plan was om de meest fantastische nieuwe
technische vooruitgang te bewerkstelligen. Hij presenteerde zijn uitvindingen
met veel gevoel voor show, waardoor hij de dingen soms “over the
top” tilde.
|
In
1900 begon hij aan wat hij als zijn levenswerk beschouwde, een wereldwijd
systeem voor draadloze verzending van beeld, geluid en energie:
het Wardenclyffe project. Dit vereiste grote investeringen. Tesla
kreeg van JP Morgan het geld om te beginnen, hield zich echter verder
niet bezig met het zoeken naar meer geldschieters of het commercialiseren
van het kleinere werk (waarmee hij steenrijk had kunnen worden),
bezeten als hij was van het najagen van zijn grote wereldsysteem.
Het project strandde, hierover straks meer. Verder waren sommige
uitvindingen die hij later deed zo revolutionair dat het hele takken
van industrie overbodig maakte, die inmiddels, op basis van zijn
vroegere uitvindingen, waren opgezet. Het spreekt vanzelf dat die
industrie zich niet om zeep liet helpen. Verder was Thomas Edison
zijn gezworen vijand en concurrent; Edison won de publicitaire slag,
omdat Tesla zich ook hiermee niet wenste bezig te houden.
Links:
Tesla-toren op Long Island in aanbouw (deel van het Wardenclyffe-project) |
|
Tesla als
persoonlijkheid
Het
is moeilijk zicht te krijgen op de mens Tesla. Hij was bescheiden
en had charisma, maar liet zich als mens eigenlijk niet kennen. Je
zou bijna kunnen zeggen dat hij geen persoonlijk leven hád.
Zijn werk en persoonlijk leven waren één en hetzelfde,
al zijn passie en gevoel ging naar zijn uitvindingen uit, en hij zat
eigenlijk altijd met zijn hoofd bij zijn werk. Het lijkt bijna alsof
hij eigenlijk niet anders kon. Tesla hield er een extreem materialistisch
mensbeeld op na. Zelf wilde hij daarentegen zo weinig mogelijk met
de materiële wereld te maken hebben. Hij leefde volledig vanuit
zijn zenuw-zintuigstelsel, dat extreem sensibel was. Zintuiglijke
indrukken waren bij hem veel sterker en ook verfijnder dan bij anderen,
zodat hij er voortdurend pijn en hinder van had. Hij leed vanaf jonge
leeftijd aan een vreemd soort helderziendheid: iedere gedachte, woord
of idee verscheen hem als voorwerp in een beeld, dat op hinderlijke
wijze op zijn netvlies bleef hangen. Hij oefende van jongs af aan
om deze beelden vanuit zijn wil onder controle te krijgen. Later ging
hij deze vaardigheid gebruiken om uitvindingen te doen. Hij visualiseerde
een idee of uitvinding net zo lang tot het in de zeer exacte verbeelding
helemaal af was, en bouwde dan direct uit het hoofd een werkend prototype.
Dit was zijn leven lang zijn standaard werkwijze. In de loop der jaren
kreeg de beheersing van de wil, die hij vanuit het denken bereikt
had, ook steeds meer grip op zijn overige lichamelijkheid. Denken
en wil, wil en denken werden in zijn constitutie min of meer één.
Een avondwandelaar zag eens hoe hij uitgleed, zich in de lucht als
een kat omdraaide en landde in een handstand. Achteraf zei hij dat,
terwijl hij uitgleed, zijn geest (“mind”) de situatie
kalm observeerde en signalen naar zijn lichaam zond. Tesla kon dus
de wil die in het denken leeft, vanuit zijn bewustzijn hanteren. Deze
wil is verstand dat strikt genomen nog instinctmatig, dierlijk is,
dat door de ziel en het gevoel heen omgevormd moet worden. |
|
Dit
was de houding en de vaardigheid van waaruit hij werkte; Het spreekt
vanzelf dat dit geen van-negen-tot-vijf-aangelegenheid was: zijn hele
leven werd erdoor beheerst. Hij kon het zich niet veroorloven om zijn
passies of zijn gevoelens de vrije hand te geven om te zien waar ze
hem brengen zouden. Zijn leven lang heeft hij vrouwen gemeden, wilde
zowiezo andere mensen niet aanraken of in gezelschap eten, vond dingen
snel “vies” (angst voor bacteriën). Hij woonde in
hotels, en hield er een uitgebreide reeks vreemde gewoonten, gevoeligheden
en dwanghandelingen op na. Als mens liet hij zich door niemand kennen.
Hij liet alleen een beeld van zichzelf zien als de bovennatuurlijke
supermens die alles wat hij voelde, deed en dacht onder controle had,
en kon bereiken wat hij wilde. Naast zijn boezemvriend Mark Twain
waren duiven de enige levende wezens die zich in zijn affectie mochten
verheugen. |
Mark
Twain in Tesla's laboratorium |
|
|
Tesla als
scheppende mens
Dan komen we nu bij
de vraag hóe Tesla werkte. Dit is tot op heden bron van speculatie;
hij had allerlei werkende modellen maar geen tekeningen, behalve dan die
op zijn patenten. Deze zien er zo eenvoudig uit (zie hieronder), dat geen
mens gelooft dat ze doen waar ze voor ontworpen zijn. Ik waag mij er dan
ook onder voorbehoud aan een interpretatie, te meer daar ik slechts basale
technische kennis in huis heb. Ik vergelijk het maar met mijn werk als
kunstenaar, wat waarschijnlijk niet eens zo slecht is.
Tesla beschouwde het uitvinden als het summum van scheppend werkzaam zijn.
Waar de kunstenaar echter genoegen neemt met een beeld dat als schijn
de inhoud representeert van hetgeen hij zocht (een bepaalde idee), ging
Tesla verder en zocht de fysieke werking van die idee. Kunst ging hem
wat dat betreft gewoon niet ver genoeg. De praktische toepassingen die
hij vond zag hij als bewijs van de juistheid van deze opvatting.
Simpel gezegd bestond
zijn werkwijze eruit dat hij eerst waarnemingen deed, meestal direct aan
de atmosfeer – b.v. bij onweersbuien- een enkele keer met behulp
van meetinstrumenten. Veelal ging hij te rade bij zijn eigen constitutie,
soms met de medische encyclopedie. Voor het ontwerp van zijn wereldwijde
systeem (het Wardenclyffe-project) bestudeerde hij het menselijke zenuwstelsel.
Hiermee ging hij vervolgens aan het werk om te visualiseren welke principes
erachter schuil gingen en wat hij ermee kon doen, om dit dan te concretiseren
in een apparaat. Dit eigenlijk precies als een kunstenaar, die een bepaalde
inhoud concipieert en dit concretiseert in een gedicht of schilderij.
Hij werkte niet met bijzonder ingewikkelde wiskunde of gedachtenconstructies,
hoewel hij wel in wiskunde dacht. In de uitwerking van zijn uitvindingen
besteedde Tesla vooral veel aandacht aan de materialen, verhoudingen en
afmetingen ervan, en aan de verschillende soorten van golven en frequenties
die hij gebruikte.
|
Tesla
heeft enerzijds meerdere eenvoudig en natuurlijk ogende (maar zeer
revolutionaire) principes gevonden. Daarnaast had hij vermogen [dubbel
weg] zijn apparaten “gevoelig” te maken, en ze overeen
te laten stemmen met de natuur zelf. Hij dacht in het groot, en kon
de natuur, “de wereld”, min of meer in haar geheel bevatten
en doorvoelen.
Hij werkte echter geheel en al via de elektromagnetische kant van
de natuur, hetgeen meer een aspect is van de ondernatuur . Deze eenzijdige
oriëntatie was een gevolg van het feit dat hij afstand deed van
de persoonlijke beleving van gevoelens, doordat hij in de letterlijke
zin van het woord zijn gevoel objectiveerde.
Tesla’s volkomen mentale werkwijze garandeerde deze “objectiviteit”
in de zin dat hij zijn gevoelens er zo helemaal buiten kon laten.
Dit is veel moeilijker als je tekeningen maakt, waar Tesla een zowiezo
al een enorme hekel aan had. Dit bracht hem wellicht in contact met
zijn eigen ziel, wat hij als zeer onaangenaam beschouwde. Het heeft
iets paradoxaals; juist doordat Tesla zo in zijn “mind”
met de “zuivere idee” werkte, verwaarloosde hij de persoonlijke
kant van zijn gevoels- driftleven , en daarmee zijn eigen ziel. |
Tesla en zijn
dubbelganger
Tesla besteedde eigenlijk
heel zijn zieleleven uit aan zijn dubbelganger, vereenzelvigde zich ermee
en liet deze als een speurhond voor zich werken. De menselijke dubbelganger
is een wezen dat ons aankleeft, dat we zelf zijn en tegelijkertijd ook
weer niet. Je kunt hem zien als de eerste afdruk die ons wezen in de etherwereld
maakte bij het eerste betreden van de aardsfeer. Hij toont ons wezen dus
in veruiterlijkte vorm; dit veruiterlijken of spiegelen gaat gepaard met
een verkeren in zijn tegendeel. Onze dubbelganger toont ons wezen dus
als demonisch tegenbeeld. In essentie draagt het echter onze ontwikkelingsmogelijkheden
in zich door het ‘bewaren’ van al onze onverwerkte ervaringen
c.q. alle onverloste geestsubstantie. Hiertoe behoren ook alle elementwezens
die we als zintuigindrukken opnemen maar niet verwerken. Kortom, het is
dat deel van ons wezen dat we nog moeten individualiseren.
Lichamelijk drukt de dubbelganger zich uit in de elektrische processen
(zoals gemeten bij een EEG-scan) die onze levensverrichtingen flankeren
en binden aan het fysieke; psychisch drukt hij zich uit in onze lichaamsgebonden
intelligentie, alsook in de drang tot zelfbehoud, overleven.
Tesla voerde zijn
uitvinderstalent letterlijk hierop terug. Hij vertelde dat het ontwaakt
was in een aantal situaties in zijn jeugd, waarin hij zichzelf bij het
zwemmen in levensgevaar had gebracht. In zo’n situatie werd zijn
lichaamsintelligentie zo direct aangesproken door zijn drang tot zelfbehoud
dat in zijn beeldend vermogen hem de redding met wiskundige helderheid
verscheen. Zelfs op hoge leeftijd hield hij dit soort exercities vol;
toen hem hulp werd aangeboden zei hij, geen hulp nodig te hebben maar
moeilijkheden, omdat hij dan altijd het best functioneerde.
Onze ontwikkeling bestaat eruit onze dubbelganger om te vormen en te verlossen,
waarmee wij onszelf verwezenlijken. Ieder gevoel en iedere handeling die
wij doen heeft invloed op zijn aanzien. Hij kan ertoe bewogen worden mee
te gaan werken aan zijn eigen verlossing; daarvoor moeten we eerst over
een drempel of afgrond heen. Meestal schrikt een mens hiervoor terug,
waardoor de dubbelganger in het onbewuste blijft werken, in ons onbewuste
handelen. Hierdoor kunnen we ons bijvoorbeeld makkelijker laten meeslepen
door woede of egoïsme.
Tesla leefde deze dingen niet uit, maar had wel degelijk te kampen met
allerlei onderwereldverschijnselen in zijn ziel. Hij leed aan grote angsten
en nachtmerries, en ook grote passies die hij koste wat kost moest zien
te beheersen. Dit doordat hij zijn dubbelganger niet omvormde, maar koos
voor een radicaal andere weg: hij liet hem voor zich werken, en betaalde
hiervoor door zijn gevoelsbeleving te offeren. Dit doet sterk denken aan
Faust, die een pact met de duivel sloot, en akkoord ging te betalen met
zijn ziel. Tesla nam wel verantwoording voor zijn dubbelganger, door bewust
te streven naar een totale en voortdurende beheersing van zijn wil. Dit
ging gepaard met het afstand doen van wensen en begeerten, maar ook gevoelens.
Hij deed dit vanaf zeer jonge leeftijd; de aanzet hiertoe ligt mogelijk
in een enorm schuldgevoel over een zwaar ongeluk dat hij mede uit jalouzie
veroorzaakte toen hij vijf jaar oud was.
Ondanks
de bovennatuurlijke glans die om Tesla heen hangt, kun je zeggen
dat deze mens geheel en al vanuit zijn lagere wil werkte, zij het
dat hij die geheel en al stuurde en controleerde vanuit zijn (lager)
Ik. Dit wordt mede aangegeven door zijn grote waardering voor Mark
Twain, de schrijver die de toen gangbare Victoriaanse moraal pareerde
met boeken die vol stonden met dialect en minder verheven types.
Je zou denken dat zo iemand er vooral op uit zou zijn om zijn eigen
belang na te streven; Tesla hield zich echter serieus bezig met
de taak de gehele mensheid van goedkope energie te voorzien, teneinde
deze mensheid te verheffen. Toch is Tesla’s streven, hoe goedbedoeld
ook, minder zelfloos dan het lijkt. Zijn missie kwam rechtstreeks
voort uit zijn passie voor elektriciteit. Hij kon er extreem goed
mee overweg en had de neiging om als een vakidioot alles in termen
van elektriciteit te zien. Hij hield van elektriciteit; het was
voor hem een expressiemiddel en hij zocht, net als een moderne kunstenaar,
in zijn werk mede zijn eigen wezen te herkennen. Hij werkte echter
niet op schaal, maar schrok er niet voor terug om experimenten uit
te voeren direct met het elektromagnetisch veld van de aarde zelf.
In het begin van zijn loopbaan nam hij de ernstige beslissing om
voortaan in het groot te gaan denken. Sindsdien nam hij de aarde
en de haar omhullende atmosfeer als fysiek voorwerp mee in zijn
berekeningen. |
|
Door zijn materialistische
denktrant werkte hij echter vooral met de dubbelganger van de aarde, de
ondernatuur. Dit is een samenballing van alles wat reeds over de dubbelganger
gezegd is. Ook de aarde is “in de materie gestort”, en wacht
erop verlost te worden. Zo bezien is elektriciteit niet anders dan ‘gevallen’
licht dwz ‘kosmische wijsheid’ die erop wacht door de mens omgevormd
te worden. Ieders eigen dubbelganger is nauw met die van de aarde verbonden.
Tesla zette de stap ook dit stuk dubbelganger bewust voor zijn rekening
te nemen, om met deze krachten te kunnen werken en voor de mensheid ten
nutte te maken.
Het Wardenclyffe
project
|
De
eerste kans hiervoor kreeg hij in Colorado, bij Pike’s Peak,
een belangrijk landschapspunt voor Noord-Amerika. De grond is daar
extreem geladen en er vinden heel veel onweersbuien plaats. Tesla
produceerde hier in 1899 grote bliksems en bolbliksems, en ontdekte
de frequentie van het elektromagnetisch veld van de aarde zelf. Ook
vond hij uit hoe deze te gebruiken voor het transporteren of gericht
geleiden van elektriciteit. Het lukte hem 200 lampen van 40 watt zonder
bedrading te laten branden op 32 kilometer afstand.
Hierna begon hij aan het hierboven genoemde Wardenclyffe-project.
Het lag in Tesla’s bedoeling om over de wereld verspreid een
vijftal torens te bouwen, te weten New York, Amsterdam, Japan, alsmede
twee op de noord- en zuidpool. Hierdoor zou een wereldwijd draadloos
transportsysteem van elektriciteit gecreëerd worden, op basis
van vrijwel gratis elektriciteit uit de aarde.
Naar eigen zeggen zou zo de gehele aarde |
worden omgevormd in een
reusachtig brein, sensitief in al zijn delen. Er is slechts één
van deze torens gebouwd op Wardenclyffe, Long Island. Deze zou een soort
gecontroleerde kortsluiting (oscillatie) tot stand brengen tussen de hogere
luchtlagen en de onderaardse elektromagnetische sfeer. De toren was tot
90 meter diep met ijzeren buizen verankerd in de aarde, en had een koperen
kop.
De toren werd in 1903
getest: dit ging gepaard met het in brand steken van hogere luchtlagen
(wat boven de oceaan te zien was), gekleurde bliksems, en een spookachtig
blauw licht dat om de lichamen van de toeschouwers speelde. Hoe gevaarlijk
dit was is moeilijk te overzien; het project kon door tal van moeilijkheden
niet doorgezet worden, en op een dag in 1908 ontruimde Tesla zonder nader
genoemde redenen de Wardenclyffe-werkplaats. Dit hangt vermoedelijk direct
samen met de dood van zijn lievelingsduif Serafina. Vele jaren na dit
gebeurde vertelde Tesla het onderstaande verhaal aan een journalist.
Tesla stond altijd telepatisch in contact met deze duif, en hield van
haar als van een vrouw. Op een dag kwam zij, zoals gewoonlijk, zijn hotelkamer
binnenvliegen, maar stierf toen op zijn schoot, terwijl een zeer helder
licht uit haar ogen kwam. In dit licht zag hij dat hij moest stoppen met
het project, omdat de wereld er niet klaar voor was. Hij vertelde aan
de reporter, dat sinds die dag de zin van zijn levenswerk, alsmede de
zekerheid dit te voltooien, eigenlijk verdwenen was.Tesla heeft de rest
van zijn leven iedere dag urenlang duiven gevoerd, in de vergeefse hoop
een glimp van die verloren liefde terug te vinden. Weliswaar is hij altijd
doorgegaan met het doen van uitvindingen ; ook hield hij zich bezig met
het leggen van radiocontact met andere planeten en de ontwikkeling van
‘doodsstralen’ als nieuw wapentuig. De aansluiting met de
buitenwereld kwam echter niet meer tot stand.
Tesla heeft ook op andere plekken aangegeven, dat het geen geldgebrek
of tegenwerking was waaraan zijn project schipbreuk leed, maar dat de
dingen die hij wilde doen nog niet aan de tijd waren. Hij zei dat als
alle vijf de torens in werking zouden worden gezet, de gehele aarde in
de tijd verplaatst zou kunnen worden. Nu zei Tesla wel vaker fantastische
dingen, maar hij deed ze ook dus misschien is het goed dat het project
niet door ging. Toch dringt zich al met al het vermoeden op dat de elektrische
dubbelganger van de aarde daadwerkelijk tot Tesla’s karmische erfenis
c.q. verantwoordelijkheid behoorde.
Elektra
Op de vergelijking
met Tesla en Faust is reeds gewezen. Hier kan nu aan toegevoegd worden
dat Tesla, net als Faust, voor ogen komt te staan als iemand die ondanks
alles toch zijn menselijkheid behoudt. Nooit wordt hij tot de kille wetenschapper.
Tesla’s wezen en werken plaatst je hoe dan ook voor een mysterie.
Laten we eerst het wezen van de elektriciteit eens nader bekijken. Elektriciteit
is te zien als in de ondernatuur gevallen lichtether. De vroegste verschijnselen
van elektriciteit hangen samen met het barnsteen, door de Grieken in verband
gebracht met Elektra , één van de zeven Pleiaden zusters,
kleindochter van Oceanos (de wereldstroom die de wereld omspant) en dochter
van Atlas (“stoutmoedige gedachte”), die de wereld torstte.
en zuster van Styx (de grensrivier naar de onderwereld).
Zo, vanuit het wezen van de elektriciteit zelf, kan men wellicht de geestelijke
herkomst van Tesla’s plannen herkennen, de wil om de wereld te omspannen
via de elektriciteit, door een gecontroleerde kortsluiting te maken tussen
de macrocosmische etherwereld en de elektromagnetische dubbelganger, de
gevallen lichtethersfeer van de aarde. De kanttekening hierbij is: mogelijk
heeft hij zich meer door het wezen van de elektriciteit zelf laten leiden,
dan door een meer menselijk ideaal.
Deze gevallen lichtether
is in de Germaanse mythologie te vinden als de pruik van Syf, vrouw van
Thor. Thor representeert het Ik, Syf staat voor sibbe ofwel clan. Zij
staat voor de reproductiekrachten die het fysieke lichaam via de erfelijkheid
onderhouden. Syfs gouden haren werden door Loki (Lucifer) afgeknipt; Thor
werd zo woedend dat Loki zorgde dat de “zwarte alven” een
gouden pruik voor haar maakten. Deze haren staan voor de levende lichtkrachten
van waaruit zowel ons lichaam als de natuur geschapen is, die naderhand
in de ondernatuur gevallen zijn en tot elektriciteit (“nephaar”)
zijn geworden, het gevallen licht van het verstand dat slechts een afbeeld
is van de oorspronkelijke wijsheid.
Hier wordt geduid op een interessante samenhang tussen elektriciteit en
het onderhoud van het fysieke lichaam, en verklaart misschien ook Tesla’s
aanpak vanuit de lichamelijke constitutie.
In de Nag Hammadi geschriften is er een soortgelijk paar te vinden in
Seth en Norea, de (microcosmische) zoon en dochter van (de nog macrocosmische)
Adam en Eva. Seth en Norea zetten de erfelijkheidsstroom in gang.
Norea draagt in haar wezen een enorme kloof tussen geest en materie. Zij
wordt genoemd als enig wezen in onze schepping die níet door de
boze demiurg bezoedeld is. Zij is direct uit de Vadergod, en in wezen
reeds verlost. Aan haar wordt vervolgens geheel en al het wezen van het
boze (Jaldabaoth) en diens wereld , de ‘materie’, geopenbaard.
Daardoor raakt zij er nauw mee verbonden; deze kennis maakt dat zij zichzelf
in eerste instantie niet meer van de Boze kan onderscheiden.
Norea’s opgave in de mensheidsontwikelling is zichzelf en de eigen
goddelijke oorsprong terug te vinden, door alle kennis over het boze te
hebben, maar er achter te komen het zelf niet te zijn. Ze moet haar eigen
zuivere kern leren onderscheiden.
Dat onze aarde zelf nauw verbonden is met een vrouwelijk wezen en dito
ontwikkelingsweg is in tal van overleveringen terug te vinden. Een belangrijk
verhaal is dat van de Moeder in de Aarde, Sophia, die daar temidden van
alle demonen en tegenkrachten wacht opdat de mens, in zijn gang naar haar
toe, haar substantie omvormt. Zo ontwikkelt zich in de mens de ‘Mensenzoon’.
Er zijn drie draagsters van de Sophia-impuls, die onder de mensen werken.
Ieder vertegenwoordigt een bepaald aspect van de Moeder. Dit komt in de
Bijbel tot uitdrukking in de drie Maria’s, waarbij Maria Magdalena
het wilsaspect vertegenwoordigt.
Er is een apocrief ‘evangelie van Maria van Magdala’, waarin
zij enerzijds specifiek vraagt naar het lot van de materie, en anderzijds
verhaalt over de reeds verloste ziel die ontkomt aan alle krachten die
haar naar beneden willen halen – weer de kloof tussen geest en materie.
Maria van Magdala had een sleutelpositie rond de dood van Christus - zij
is degene die ontdekte dat zijn lichaam weg was, en de eerste aan wie
hij zich na de wederopstanding weer vertoonde. Op de dag vóór
de lijdensweek stortte zij een kruik met kostbare mirre-olie over Christus’
en zalfde hem tot en met zijn voeten. Zij balsemde hem zo als het ware
vóórdat hij stierf, en zorgde hiermee dat hij de nodige
grip op zijn fysieke lichaam kon krijgen om het in de kruisdood en opstanding
om te kunnen vormen.
Ooit kreeg ik de ingeving, dat wat Tesla gedaan heeft met zijn Wardenclyffe-toren,
te vergelijken valt met wat Maria van Magdala gedaan heeft toen zij Christus
met mirre overgoot. Over zijn Wardenclyffe-toren zei hij, dat die vooral
“grip” moest hebben op de aarde. In deze lijn van gedachten
zou hij een rol kunnen hebben gespeeld in de etherische wederkomst van
Christus, Hem opnieuw de mogelijkheid biedend om te kunnen aangrijpen
op de Aarde, die sinds de wederopstanding zijn lichaam is.
De duif Serafina verbeeldde voor Tesla mogelijk de Buddhi-duif, de heilige
Geest die op Jezus neerdaalde bij de doop in de Jordaan.
Veelzeggend is dat Tesla’s activiteiten in Colorado plaatsvonden
in 1899; volgens Steiner het jaar van het einde van het Kali Yuga, het
duistere tijdperk. Vanaf dan begint de tijd dat de poorten van de hemel
weer zullen openen voor het bewustzijn van de mensen, maar tezelfdertijd
ook de poorten van de aarde en de onderwereld. Het is vanaf dan aan de
mens om door zijn eigen innerlijk heen een verbinding tussen deze twee
werelden te scheppen. Dit werd van oudsher op allerlei verschillende manieren
in de verschillende mysterieplaatsen gedaan; vanaf 1900 werd de mogelijkheid
om dit te doen een aan de mensheid als geheel gegeven optie, iets dat
iedereen kan doen in zijn eigen dagelijkse leven.
Tesla lijkt dit in uiterlijke zin gedaan te hebben.
Ik vermoed dat hij met de Wardenclyffe-toren, met die gecontroleerde kortsluiting
tussen de hoogste ethersferen en de ondernatuur, een beeld van dat ideaal
neerzette. Hij deed zo in de techniek, buiten zich, wat eigenlijk in de
ziel, door het gevoel heen gedaan moet worden. Op gebied van esoterische
ontwikkeling is dit een zeer basale en ook kardinale fout Op exoterisch
gebied echter is het bijna alsof Tesla die fout maakte, om die mogelijkheid
alvast in te vullen en weg te nemen – een wezen met een ander soort
moraliteit had met deze vermogens veel schade kunnen aanrichten.
Wellicht is ook de strijd die Tesla met zijn dubbelganger en die van de
aarde gevoerd heeft van belang, misschien wel meer dan de uitvindingen.
Het is goed om te weten dat er tenminste één mens geweest
is die alle verstandskrachten van het Beest gebruikt heeft, maar er, ondanks
zichzelf, niet aan ten prooi is gevallen.
Wat zo bedoeld was
als onmiddellijke materiële verheffing van de mensheid als soort,
werd tot mogelijkheid voor het individu, om zich voortaan op eigen kracht
uiteen te gaan zetten met de krachten van de ondernatuur.
terug
naar boven
|
|